zaterdag 2 april 2016

Eeuwige kinderen van de aarde

Eeuwige kinderen van de aarde




Ik zag hem al eerder lopen, met zijn moeder door de supermarkt. Zijn ogen alert, doch iedereen ontwijkend. Zijn beginnende baardje verried dat zijn lichaam bijna volwassen aan het worden was. 
Toen ik eenmaal bij de kassa was aangekomen, stonden ze achter me. Hij was zo ver doorgelopen dat ik hem moest vragen of ik bij het pinapparaat mocht. `Naar achter, naar achter, naar achter`, herhaalde hij zijn moeder.

De kassière vroeg of ik moestuintjes wilde en ik zei van niet.
`Mag hij ze dan?`, vroeg zijn moeder aan me en ze wees naar haar zoon. ‘Tuurlijk’, zei ik. ‘Die neemt hij dan mee naar de instelling waar hij zit.’, vervolgde ze.
‘Ik heb er nog wel meer, hoor.’ Ik dacht er ineens aan dat ik een plastictasje gevuld had met moestuintjes van dit en vorig jaar. Ik was ze van plan naar school mee te nemen. Er stond een briefje op: ”Voor wie wil”. Het toeval wilde dat ik dat plastictasje al in de auto had gelegd. 
Hij liep met me mee naar mijn auto en ik haalde het tasje uit de achterbak. Licht glunderend pakte hij het aan en bedacht wat hij ging zeggen… Ik verwachte “dank je wel”, of zo iets.
“O, ja, o, ja, o, ja…. Ik moet iets zeggen…”, zei hij zacht en toen kwam het: ”En nog de beste wensen!”.

Ik hoop dat ze op de instelling waar hij zit, ze heerlijk in de aarde gaan wroeten en wie weet er misschien, heel misschien zich een groen sprietje ontkiemt.


En de beste wensen krijgen op 2 april, hoe fijn is dat!