maandag 17 februari 2014

Alleen een plastic tasje, met daarin een groot zwaar boek over vliegtuigen…


 





Alleen een plastic tasje, met daarin een groot zwaar boek over vliegtuigen…


Van hun huis is bijna niets meer over… ze hebben nog een stuk met de auto kunnen rijden. Weg van alle ellende, weg van de hel, zoals zijn moeder het noemde. Het gebulder was niet om aan te horen. Hij hield zijn handjes tegen zijn oren gedrukt. Het liefst zou hij ook zijn ogen dicht doen, maar het ongeloof won het van zijn verstand. Hij wilde het niet zien, maar het leek wel alsof hij móest kijken. Zijn oogjes zagen geen huizen meer, maar brokstukken. De afgelopen weken zag hij zijn vriendjes ook al niet meer.

Het is plakkerig in de auto. Ze zitten met zijn vieren op de achterbank. Daarbij nog een vuilniszak met spullen, twee grote tassen en een doos. Hij zit tegen het portier aangedrukt. Zijn oom zit naast hem. Hij voelt heel warm aan, zijn overhemd is plakkerig en rood. Marwan denkt dat het niet goed gaat met zijn oom. Dat komt omdat zijn oma de hand van zijn oom vasthoudt en de hele tijd aan het jammeren is. Zijn zus zit helemaal links aan de ander kant van de achterbank, heel stil naar buiten te staren. Marwan wilde dat ze dicht naast hem kwam zitten, maar ze hadden geen tijd om na te denken en moesten snel de auto instappen. Zijn vader en moeder zitten voorin. Zijn moeder is druk aan het gebaren en aan het roepen. Zijn vader zit zenuwachtig aan het stuur, maar ziet haast niets door de stoffige voorruit. 
Dan moeten ze stoppen; er zijn mannen met geweren. Zijn vader en moeder moeten uitstappen. Marwan hoort knallen en geschreeuw. Hij duwt zijn handjes nog verder tegen zijn oren aan en doet nu toch ook maar zijn ogen dicht. Er komt een zure smaak omhoog, alsof hij moet overgeven. Hij probeert zich af te sluiten van de herrie. Zijn oma hoort hij boven alle geluiden uit. Marwan pakt zijn plastic tasje van tussen zijn voeten vandaan. Er zit een boek in het tasje; “Alles wat je wil weten over vliegtuigen” staat erop de voorkant. Het boek is nog van zijn oudere broers geweest. Het is zijn lievelingsboek.

Eenmaal uit de auto ziet hij zijn ouders nergens meer. Zijn oma en zus worden naar de overkant geduwd. Zijn oom zit bewegingsloos in de auto; niemand let op hem. En niemand let ook op het kleine jongetje van 4 jaar. Niemand bemoeit zich met hem. Hij hoort zijn zus roepen:”Lopen, Marwan, lopen tot dat je niet meer verder kunt!” Hij kijkt nog een keer om en dan begint hij te lopen. Niemand let op het kleine jongetje. Het kleine jongetje met een plastic tasje. Hij houdt zijn tasje stevig vast; hij moet oppassen dat het niet over de grond sleept. Hij loopt en loopt tot hij niet meer verder kan. Hij heeft honger en misschien nog wel veel meer dorst. De zoute tranen lopen over zijn stoffige wangetjes, hij loopt en loopt, pardoes in de armen van een meneer met een groen met blauwe jas.

In het kamp krijgt hij drinken en wat te eten. Hij hoort een bekend geluid… hij herkent het geluid van een jammerende vrouw…

http://www.ad.nl/ad/nl/13868/Burgeroorlog-in-Syrie/article/detail/3598697/2014/02/17/Syrisch-vluchtelingetje-4-doorkruist-in-eentje-woestijn.dhtml

zondag 16 februari 2014

En we noemen hem Sjinkie




En we noemen hem Sjinkie

Een kwart van de Amerikanen weet niet dat de aarde om de zon draait. Dat blijkt uit een enquête van de National Science Foundation onder 2200 Amerikanen. Die Amerikanen, toch…

Volgens de International Business Times zijn Nederlanders goed in schaatsen omdat ‘lange afstanden schaatsen in Nederland een gangbare praktijk is voor velen. In de wintermaanden is de schaats een logische vorm van vervoer, forensen schaatsen over bevroren grachten en kanalen naar familie en vrienden die vele dorpen verderop wonen. Een groot deel van het land ligt onder zeeniveau, dus het is meestal niet erg zwaar om de afstand met de schaats af te leggen. Het zit in hun bloed.’ 
Ja, hoor! En we lopen allemaal in oranje kleren op klompen van molen naar molen, eten van Delfts blauwe bordjes, kweken tulpen, eten drop en al onze kinderen heten Jan of Anne. 

Behalve Sjinkie Knegt dan. Sjinkie… hoe dronken was je toen je die naam verzon? “Sj..hik…ie”, de ambtenaar keek de kersverse vader vragend aan en hij herhaalde “Sj…hik…ie”. Twijfelachtig vroeg de ambtenaar nog:”Sjakie? Sjonnie?” Maar ja, dronken mannen wil je ook weer niet boos maken, hè? En de wachtkamer van het stadhuis zat vol met ongeduldige burgers, dus de ambtenaar typte S-j-i-n-k-i-e in. En zo werd het!
En bijna 24 jaar later won hij brons in Sotsji. Brons met shorttrack. Voor wie deze vorm van schaatsen ook niet snapt: een soort tikkertje maar dan op de schaats. 

Wat bestaan er toch rare sporten op de wereld en op een of andere mysterieuze wijze worden het ook nog Olympische sporten! Neem skeleton: een lijf perst zich op een plank met wieltjes en presteert het om op de buik met het hoofd naar voren zich van de berg te laten glijden met 130 kilometer per uur! Hoe levensmoe ben je dan? Was bobsleeën of rodelen niet spannend genoeg? Wie heeft het bedacht? Is het ontstaan uit een of andere fout gelopen weddenschap? Helaas, jij hebt verloren! Ik heb nog wel een ‘hondje’ in de kofferbak van mijn auto waar we je opbinden en toedeledokie! Wie het eerst onderaan de berg is: wij in de auto en jij op dat ding. 

Nee, hoor, laat ons dan maar schaatsen van dorp naar dorp.

zaterdag 8 februari 2014

Sneeuwvlok





Sneeuwvlok

Tijdens de opening van de Olympische spelen gingen er verschillende dingen mis. 5 Sneeuwvlokken zouden veranderen in Olympische ringen,  maar een van de sneeuwvlokken weigerde dienst en bleef een sneeuwvlok. Het vuurwerk wat daarna zou komen, bleef ook uit. De openingsceremonie werd over de hele wereld uitgezonden en over de hele wereld zag men een haperende sneeuwvlok. Het werd overal uitgezonden, behalve in Rusland zelf.
Het is zo normaal om tv-beelden te manipuleren en te censureren dat ze beelden hebben uitgezonden van de repetitie waarbij het wel goed ging. De creatief directeur zei dat het de normaalste zaak van de wereld was om deze beelden uit te zenden, het ging er namelijk om dat goede prestaties werden getoond. 

Bij de opening werd ook de geschiedenis van Rusland globaal met ons doorgenomen. Wat duidelijk was is dat het volledig vanuit hun perspectief werd gepresenteerd. Zouden de kinderen op school in hun geschiedenisboeken ook de Russische visie op de wereld leren?

Hoe machtig is een land waar je alles kan censureren en manipuleren? Science fiction meets James Bond. Alsof je in een slechte film zit. Pas je niet in het plaatje? Dan censureren we je toch weg. Een druk op de knop en je id is verwijderd uit het bestand.

Wij zagen vanmiddag Sven goud winnen en op twee en drie Jan en Jorrit. Tenminste… dat is wat wíj zagen, maar misschien werd er in Rusland wel helemaal iets anders uitgezonden en staan daar Ivan, Denis en Aleksandr op 1, 2 en 3?
Nu ik verder denk…  misschien zit Rutte daar helemaal niet. Dat is wat wij zagen, maar misschien zit hij wel in een cafeetje vlakbij het Binnenhof de hand van Plasterk vast te houden?
Misschien komen Alex en Max wel helemaal niet terug? We hebben ze wel gezien, maar volgens de Russen zijn ze daar helemaal nooit geweest. De beelden gemanipuleerd.

Het Olympisch dorp, stadion en infrastructuur kostten bij elkaar iets van 40 miljard! 
Als je daar in de buurt een boerderijtje had met 8 koeien, had je mooi pech gehad. Boerderijtje is van de aardbodem verdwenen, koeien zijn ergens in verwerkt en van die boer is niets meer vernomen. Alsof hij nooit bestaan heeft, foetsie, weg, verdwenen. 
Als een sneeuwvlokje die je opgevangen hebt met je tong… gesmolten… weg. Boer? Welke boer? Er was hier geen boer!

Als ik na het verschijnen van deze column onvindbaar ben… doe geen moeite met zoeken… als ’n sneeuwvlok... verdwenen.


woensdag 5 februari 2014

Het sprookje van Cito




Het sprookje van Cito

Met alle moeite van de wereld krijgt de leerkracht van groep ½ losse tafeltjes gerangschikt. Ze wil het liefst geen schoolse opstelling, maar ze mogen ook weer niet bij elkaar afkijken. Als ze de kast met ontwikkelingsmaterialen verplaatst en dan wat spullen terug de restauranthoek in duwt, moet het lukken. 11 tafeltjes met een stoeltje…  hmmm, ze schuift een pluk haar achter haar oor ‘het ziet er heel onnatuurlijk uit’. 
Morgenochtend starten ze ermee: de Cito. Om kwart voor negen worden de groep 1 kinderen uit de klas gehaald door de onderwijsassistente en gaan buitenspelen met andere groep 1 kinderen.  In alle vijf de kleutergroepen starten de kinderen van groep 2 om 9.00 met de Cito, vandaag en morgen taal en volgende week rekenen.

Vorige week heeft de juf met de kinderen het oefenboekje met ze geprobeerd. Ze maakten kennis met een mooi nieuw dik potlood en een strookje. “Doe je boekje open. Bovenaan zie je een plaatje van een ster. Schuif je strookje tot de eerste lange lijn.” 22 verwarrende ogen keken haar aan. Ze had het net zo goed in het Chinees of Russisch kunnen zeggen. Na het woordje ‘ster’ was ze ze al kwijt. Ze deed voor hoe ze het strookje papier tot de lijn moesten schuiven. ‘Sprookje?’, zei een leerling. “Nee, je strookje, antwoordde ze geduldig, “Dit papieren strookje.”  “Dan zet je met je potlood een streepje onder de aardbei die anders is.” Toen ze dit had voorbereid, was het haar helemaal niet opgevallen… ‘de aardbei die anders is’… huh? Ze ziet het zelf niet eens, hoe moeten de kinderen dan zien welke aardbei anders is? Bij drie aardbeien wijst het onderste puntje naar links, bij twee is het kroontje hetzelfde en bij de andere twee andersom. “Ok, jongens luister, deze hebben ze verkeerd getekend, we slaan hem over.” De overige zeven vragen gingen wel: meeste, minste, evenveel, van kort naar lang, hetzelfde, dichtbij en een schaduw. Nou dat ging eigenlijk best redelijk.

Nu het echte werk! Ze zijn gewend aan het mooie nieuwe potlood en weten inmiddels wat een strookje is. De helft zit overigens nog niet echt goed stil op een stoeltje. Hoe zal dat na de zomervakantie in groep 3 gaan? 
Woorden die deze tweetalige kleuters duidelijk nog niet weten zijn: juichen, hoef, gewei en boeket.  En waarom denken ze dat alle katachtigen tijgers zijn? Die vraag van de roeiboot, wat is daar eigenlijk de bedoeling van? Hoe verwarrend is het als je moet kiezen uit een kano, een vlot, een zeilboot en een roeiboot? Als je wilt weten of kinderen weten wat roeien is, kun je toch ook zorgen voor andere plaatjes naast de roeiboot? Dit is totaal niet hun referentiekader. Ondertussen zijn er al twee kinderen hun potlood kwijt; een ligt naast de tafelpoot en de ander is de restauranthoek in geschoten. Drie gebruiken hun strookje om mee te wapperen. “Waar moest je je strookje nou onderschuiven?”

Bij de verhaaltjes zijn ze na één zin al de weg kwijt. Koen en mama zijn in het bos geweest. “Nee, nog geen streepje zetten! Even wachten tot het verhaaltje klaar is.” Daan en Loes zijn in het zwembad. Daan gaat van de duikplank. Dan ga ik van de glijbaan, zegt Loes. Wat doet Daan? Het laatste woord wat is blijven hangen was duikplank. Ze benadrukt nog eens: “Daan gaat van de duikplank. Dan ga ik van de glijbaan, zegt Loes. Wat doet Daan?” Ja, de duikplank, goed zo! Joeps vader heeft een schommel aan een tak gehangen… Ineens, krak breekt de tak af. Bijna alle kinderen onderstrepen het eerste plaatje: waar de boom is omgekrakt. “Ineens breekt de tak af…” 
Daar komt er weer een, hoor: Je ziet iemand harken, hakken, snoeien en plukken. Bijna geen enkel kind uit de klas heeft een tuin, woont op het platteland dan wel in het Westland. Hoe moet je dan eigenlijk weten wat er met snoeien wordt bedoeld? 
Ik kan me trouwens niet herinneren wanneer mijn eigen kinderen voor het eerst het woordje zitting hebben gehoord. Na de eerste helft mogen pauze houden. En die hebben ze hard nodig!

Volgende week is rekenen aan de beurt. Meer, minste, evenveel, dat lukt allemaal nog wel. En daar komt Ibrahim met zijn computer. Hij mag 10 minuten op de computer spelen. Hij heeft één minuut gespeeld. Hoeveel minuten mag hij nog spelen? Zet een streep onder dat plaatje. Nee! Echt? Serieus? Voor hen is dit zowat algebra. Complete paniek is van hun kleuterbolletjes af te lezen. Daarna moeten ze drie dartpijlen bij elkaar optellen. Slik! Zweet! Wiebelwiebel… potlood kwijt…
Van vol naar leeg, van smal naar breed en van weinig naar veel, pfff, dat lukt gelukkig nog wel. Er klinkt een harde zucht. Wanneer gaan we spelen, juf? Nu komt de ergste vraag van de hele Cito. Hier zie je blokken met strepen erop. Op welk plaatje staan de strepen van breed naar smal? Nee, jongens, jullie moeten bovenóp de blokken kijken en daar kijken naar het zwarte streepje. Van breed naar smal… ja… Als je de termen van breed naar smal wilt aftoetsen, kan dit toch in een andere vorm worden gegoten? 
Rechtop blijven zitten jongens! Niet tekenen op je strookje. Draai je om. Waar is je potlood nou weer? Nog heel even volhouden… In welke bak passen evenveel plantjes? Verwarring! Evenveel, hoezo evenveel? Ik zie er nergens 6!? Nee, ze bedoelen waar zouden er ook 6 in kunnen passen. Dus…

Twee dozen met gebakjes op elkaar. Hoeveel gebakjes zijn dit samen? In die onderste dichte doos zitten ook gebakjes, jongens…
Klaar!… de juf ziet 11 kleuters die doodmoe zijn, ze geeuwen, rekken zich uit, hebben honger, zitten achterstevoren, willen buitenspelen, sommigen zijn hun potlood weer aan het zoeken en anderen hebben hun sprookje vol getekend. Dit moet toch anders kunnen?

Deze kinderen zijn hier niet aan toe. Kunnen nog niet in een boekje, met een potlood, dan wel een strookje werken. Natuurlijk zitten ze ondersteboven achterstevoren op hun stoeltje. Ze moeten spelen! Spelen en de wereld ontdekken. En de juf? De juf die begeleidt en stuurt waar nodig. Dan komt Soumaya er heus wel achter hoelang Ibrahim nog achter de computer mag.

Overigens gaan de meeste van deze kleuters gewoon naar groep 3, hoor. Daar hebben we geen Cito voor nodig.



zaterdag 1 februari 2014

Hans en Grietje en de gevolgen van het zorgzwaartepakket






Hans en Grietje en de gevolgen van het zorgzwaartepakket

Broer en zus na uren gered uit duinen”, stond er in de kop van het artikel vermeld. Ik dacht alleen maar: Ach, gossie, die arme kinderen, liepen daar hulpeloos rond. Na eerst verstoppertje gespeeld te hebben en daarna ruzie, merkten ze dat ze weg kwijt waren geraakt. In de duinen lijkt elk sprietje en elk hobbeltje zand op elkaar. Die mensen met die hond zagen ze ook nergens meer. Het begon donker te worden. Hans vond nog een half rolletje Mentos in zijn jaszak. Terwijl ze sabbelden op de allerlaatste stopte Hans het papiertje terug in zijn jaszak en vond daar zijn telefoon. Rechtsboven gaf het batterijtje een klein rood streepje aan. Op hoop van zegen belde hij 112. Ze hielden elkaars hand vast…

Toen ik verder las raakte ik in verwarring: De 53-jarige vrouw uit Oostvoorne en de 40-jarige man uit Rotterdam waren aan het einde van de middag gaan wandelen….” Zit ik nog wel hetzelfde krantenartikel te lezen? Aanvankelijk dacht ik dat het kinderen betrof…. Jij ook?
Inmiddels werd mijn nieuwsgierigheid gewekt en heb ik het een en ander uitgezocht… het is als volgt gegaan:

Grietje van 53 en haar broer Hans van 40 liepen inderdaad in de duinen, maar ze waren niet alleen. Ze waren gezellig aan het wandelen met hun vader van 89. Grietje heeft haar vader pas in huis genomen, sinds hun moeder is overleden. Haar vader mocht niet meer in het tehuis blijven wonen, aangezien hij ‘te goed’ werd bevonden. Zijn vrouw, ja die was hulpbehoevend, maar hij niet, en aangezien hij een dochter had met genoeg ruimte ging hij maar bij haar wonen. Ondertussen zat Hans in een vechtscheiding en kon hij bij zijn zus de zolderkamer betreden. Hij stond op een dag voor haar deur met in zijn handen een grote doos. Ontgoocheld kwam ze erachter dat alleen zijn modeltreintjes in die doos zaten. Aan schone kleren had hij niet gedacht. Zijn aanstaande-ex had hem toegeschreeuwd dat ze die klote-treintjes anders bij het grof vuil zou zetten. Wat moest hij anders?

Grietje vond het nodig om elke avond boven ‘het prakkie’ te zeggen: ”Net als vroeger, hè?” En elke avond dacht haar vader:”Echt niet! Want mijn Marietje is er niet meer…” Hij verveelde zich kapot met die twee half zachte eieren. Hij werd gek van dat betuttelen. In het tehuis had hij tenminste afleiding. Elke keer valse bingo roepen, daar kon hij geen genoeg van krijgen, een beetje verwarring schoppen bij vergeetachtige vrouwtjes, hier en daar een grap en een grol en plagen en klagen over het eten, dikke pret! Tuurlijk hoorde hij er niet, maar hij was bij zijn Marietje.

Vandaag gingen ze ‘wandelen’, nou, nou, daar zat hij op te wachten hoor. Maar alles is beter dan binnen zitten met tv-MAX. Hij liep langzamer dan zij en ze moesten steeds op hem wachten. Op een gegeven moment zei hij dat hij moet plassen. Hij eiste privacy en zag een mooie kans om te ‘ontsnappen’. Dikke doei! Terug over het pad richting dat warme cafeetje waar ze langs waren gelopen. Hij bestelde een pilsje en twee gebakken eieren met spek. Verkleumd was hij.
Na het tweede pilsje begon het  gevoel in zijn botten terug te komen en hoorde hij sirenes. 
Eindelijk weer eens een leuke dag!