dinsdag 30 april 2013

Oranje boven!


Oranje boven!

80% van de Nederlanders haalt vandaag zijn oranje kleding te voorschijn. Zit met een oranje tompouce op een oranje wegwerpbordje op een oranje TUC-kussen. Wie er geen oranje kleding heeft, heeft vast nog wel ergens een voetbalshirtje liggen. Of een kroontje, of een diadeem, of een Bavariabroek, of vlaggetjes of een harlekijnkroon. Tussen al die oranje mensen op de Dam, staat een enkel wit persoon. Wit omdat hij tegen oranje is. Natuurlijk vinden alle in oranje gehulde mensen ook dat het Koninklijk huis te veel inkomen krijgt en net als iedereen belasting zou moeten betalen, desondanks roept iedereen op de Dam in volle borst: ”We houden van Oranje! Maximá, joehoe! Ik sta hier! Bea bedankt! Bea bedankt! Bea, Bea, Bea bedankt! Hé, Willempie, daar moet op gedronken worden, hi, ha, ho! Olé, olé, olé, olé”
Stel: Willem-Alexander zegt: ”Ik doe afstand!” Wat dan? Moeten wij een andere nationale kleur gaan nemen? Wat te doen met al die oranje prullaria? Nooit meer oranje tompoucen, oranje toetjes, oranje donuts, oranje koekjes, oranje muisjes van de Ruijter, nee, nooit meer wordt de verpakking van Douwe Egberts oranje, nooit meer appeltjes van oranje. Wordt dan alles wit? Net zoals die ene republikeinse meneer op de Dam? Beetje saai, niet? Witte sporttenues op WK’s en EK’s? Nee, toch? Houden we de oranje kleur als nationale kleur, zonder de Oranjes? Kun je een voetbalwedstrijd voorstellen zonder oranje shirtjes, oranje schmink, oranje pruiken of de oranje indiaan? Welke andere kleur assiocieer je met Nederland? Wat zou het alternatief kunnen zijn? Het groen van het gras, geel van de kaas, wit van de melk, grijs van de wolken? Nou, veel feestelijker dan oranje wordt het niet echt, hè? Niemand slaagt meer ‘met vlag en wimpel’, want er is geen oranje wimpel meer! Geen stadions vol die juichen met “We houden van Oranje!” tegen het Oranje legioen.
De oplossing is: de blauwe envelop van de belasingdienst wordt oranje! als statement van het Koninklijk huis: ”Wij gaan van nu ook belasting betalen!” Maxima figureert  in het filmpje op tv: ”Makkelijker kunnen we het niet maken! We waren een beetje dom!”

dinsdag 16 april 2013

Driewerf Hoera voor Maxima!


Driewerf hoera voor Maxima!

Daar staat ie dan, met zijn winterwitte voeten in de slippers van vorig jaar. Hij vond ze –verfomfaaid- in de mand achter de moonboots en de kaplaarzen. Zijn tenen lijken wel vijf uit de kluiten gewassen grauwe asperges. “Ik moet eens wat aan die gele teennagel doen”, mompelt hij. Hij heeft zijn broekspijp wat opgerold, waardoor er enkele haren van zijn onderbeen precies om het hoekje van zijn broek komen koekeloeren. Ook zij willen een glimp van het eerste lentezonnetje oppikken. Heerlijk! Met zijn maat 44 stampt hij lomp tussen de net omhoog schietende paarse krokusjes. “Waar wil je die Petunia’s, schat?”, zegt hij terwijl hij in zijn nek krabt aan de eerste muggenbeet van dit seizoen. Waarvan hij weet dat er, net als elk jaar, meer zullen volgen.
“Petunja’s?”, roept zijn vrouw vanaf het terras. “We hebben toch Viooltjes gekocht? Viooltjes en Afrikantjes”.
“Ach, wat doet het er toe! Petunia’s of Afrikaantjes?”
(zucht) “Nee! Het zijn Viooltjes en Afrikantjes. Die Afrikantjes hebben we juist genomen, omdat ze oranje zijn, Willem!”
Hij geniet nog steeds van haar accent, maar haar temperament begint hem soms op zijn zénuwen te werken! Terwijl hij de schop in de aarde steekt,  kijkt hij haar kant op. Haar goudblonde haren schitteren in de lentezon. Ze is haar teennagels oranje aan het lakken. Hij heeft geen flauw benul waarom ze ze lakt, want hij heeft de schoenen al gezien die ze volgende week  aantrekt. Tenminste… hij heeft twee dozen aangenomen van Zalando. Maxima koopt altijd twéé paar schoenen: ze zorgt altijd voor een paar reserveschoenen. Met als gevolg dat er een heel rek ongebruikte schoenen op zolder liggen. Maar ja, dat neemt hij maar voor lief. Net zoals hij haar temperament voor lief neemt. En haar betweterigheid. Ongemerkt stoot hij zijn schop dieper en dieper de grond in.”Wat zit jij nou te doen?, roept ze.”Zo diep hoeft niet hoor! We hebben al een zwembad, ha, ha, ha !” Ze doet de oordopjes van haar i-pod in en pakt een tijdschrift van de leestafel. Maar eerlijk is eerlijk, hij vindt haar nog steeds een lekker wijf.
Ze kijkt stiekem naar hem, terwijl hij wat aarde terug de kuil in duwt. Daar heeft ze toch nog wat van weten te maken: dat lulletje rozenwater met spinazie tussen zijn tanden. Ze was even bang dat haar schoonmoeder hem zou overslaan. Dat stomme idee leek even als een proefballonnetje opgelaten te worden tijdens een zondagse lunch een paar jaar geleden. Dat maffe idee had ze van haar vriendin Elisabeth gekregen. Hoe kom je erop? Mooi niet! Ze heeft het heerlijk voor elkaar.
Het lentezonnetje brandt op zijn neus. Ze pakt snel de tube zonnecrème en smeert liefdevol zijn neus in. Hij zou er niet uit zien als hij volgende week met een rode toeter rondloopt! Alaaf!, roept dit volk al op een ander feest, heeft ze op haar inburgeringscursus geleerd. Wat ziet ze in zijn nek? Een muggenbeet? Grrr… de volgende keer insprayen met DEET. Hij is zo gevoelig voor insectenbeten. Vorig jaar leek hij wel een wrattenzwijn. Ze zal eens een imkerpak voor hem kopen… glimlachend bladert ze in de LINDA. En ze droomt een beetje weg… volgende week zit ze in de Gouden Koets met aan haar zijde deze koning… de koning van haar bloemenperkje vol met oranje Afrikaantjes en lila Petunia’s. Ze zal die teenslippers eens ‘per ongeluk’ in de container laten vallen; wat ’n gedrochten! Ze moet niet vergeten het protocol nog even met hem door te nemen. Hij zal toch echt nog wat teksten uit zijn hoofd moeten leren! Geen protocolfetisjist? Hij misschien niet, nee, maar wie zegt dat ik dat niet ben? Ik, koningín Maxima, koningín Maxima de eerste, koningín Maxima de enige echte! Driewerf hoera!
“Wat zit je in jezelf te mompelen, lief?”, vraagt Willem-Alexander. “Oh, niks, Willempje van me, ik ben een beetje zenuwachtig voor volgende week..”, jokt ze. Hij smelt weg in haar ogen… hij tuit zijn mond, sluit zijn ogen en is op weg naar haar volle lippen… Vlak voordat Maxima haar ogen sluit, kijkt ze nog even scheel door haar lange wimpers naar zijn rood verbrande neus… Wat ziet ze op zijn neus? Een muggenbeet? Grrr… de volgende keer insprayen met DEET! En nog voordat hij haar kan zoenen, draait ze haar hoofd af en pakt de tube crème. Met een rode toeter loop je maar op een ander feest. Alaaf!

zondag 14 april 2013

storING


12-04-2014

Geachte directie van ING,

 

Naar aanleidING van de recente storING, stuur ik u mede namens mijn ouders deze klachtenbrief toe:

Wat schetste onze verbazING? Bij de incheckING van de rekenING bleek dat er verminderING van onze financiërING op de afschrijvING stond! Ook klopte de bankrekenING van mijn ouders, tot hun ontzettING, helemaal niet! Volgens hun begrotING dreigt er nu een bedreigING voor hun kapitaalverhogING. Daarnaast is het een kwellING en geeft het geen voldoenING om te zien dat ik de aflossING van mijn eengezinswonING niet kan betalen en dat gaat ook ten benadelING van de bekostigING voor mijn vaste plaats op de campING te BruntINGe waar ik graag doe aan Nordic WalkING. Vol ontgoochelING en verontwaardigING zorgde uw mededelING voor opschuddING. Mijn vader kreeg van de opwindING een hartverzakkING. Daar boven op kwam door oververhittING hun frituurpan tot ontploffING. Mijn vader heeft een hartaandoenING en heeft van vanaf zijn persionerING moeite met digitaliserING. Het mag duidelijk zijn dat uw misleidING plotselING voor opschuddING zorgde.

Het ontgING mij niet dat er geen juiste berekenING was gemaakt van onze lastenverzwarING. Het is een aanfluitING!

Namens de INGklantenverenigING komt er een indienING voor een motie van afkeurING voor uw bedrijfsvoerING. De verenigING zorgt voor belangenverdedigING.

Ik doe u namens hen de volgende mededelING: neem computerbeveiligING in uw automatiserING, zodat de marketINGafdelINGsdwalING in uw geldinstellING niet meer zorgt voor een een rechtelijke dwalING maar betere nalevING van van de financiërINGsregelING van uw klanten.

We hopen op uw medewerkING, bovenstaande geeft ongetwijfeld stof tot overpeinzING en vraagt om ophelderING, graag willen wij een juiste berekenING voor een reddINGsactie van onze bankrekenING.

Met minachtING,

INGrid van de WeterING uit VlaardINGen

woensdag 10 april 2013

De kleuter als kind van de rekening






De kleuter als kind van de rekening

De Nederlandse kinderen zijn het gelukkigst in de wereld, volgens de onderzoekers. In de 29 meest ontwikkelde landen deed Unicef onderzoek naar materiële rijkdom, gezondheid en veiligheid, onderwijs, gedrag en huisvesting. Volgens Unicef gaf liefst 95 procent van de Nederlandse kinderen zelf aan ook tevreden te zijn over hun leven.
Frappant dat dit nieuwsbericht op hetzelfde moment naar buiten kwam, als het zwartboek over het kleuteronderwijs. Het kleuteronderwijs hoort als sinds 1986 bij de basisschool, maar de eisen die aan de kleuter worden gesteld worden steeds zwaarder en zwaarder. Menig kleuterjuf is al afgehaakt. En dan hebben we het nog niet eens over de kleuters die zijn afgehaakt.
Waar denk je aan als je aan een kleutergroep denkt? De zandbak, kleitafel, wascokrijt, poppenhoek, puzzels en verfbord. Natuurlijk nog veel meer zaken om de wereld om je heen te ontdekken en te kunnen exploreren. De kleuters die ‘grote mensen’ nabootsen met veel te hoge hakken, een jas en een hoed. Heerlijk fantasiespel met het gebruik van taal. Koken van ‘heerlijkheden’ als een appel met een ei, een banaan en een snee brood in één pan. Zittend op een veel te klein stoeltje, vraag ik: “Ik zie een appel, een ei, een banaan in de pan, hmmm, hoe zal dat smaken?” Nog net geen beledigd gezichtje kijkt me aan: “Nou, gewoon, lekker natuurlijk!”
Natuurlijk! In de wereld van het jonge kind combineer je gewoon alles wat je lust. Wat kan daar nou mis mee zijn?

In de loop der jaren moest het allemaal steeds betekenisvoller. Er kwamen tussendoelen, einddoelen, SLO-doelen en de CITO. Ontluikende geletterheid en ontluikende gecijferdheid. De kleuter moet het liefst aan het eind aan álle eisen voldoen inclusief de pengreep én stilzitten in groep 3. En dan heeft de inspectie (of het ministerie?) ook nog de 1 oktober regeling opgeschoven naar 31 december. Dat betekent voor de kleuter van november flink doorwerken. Hup, hup, weet je die 15 letters nou nog steeds niet? Met je vijfde mag je naar groep 3…
Ik hoor het de kleuterjuf van mijn zoon nog zeggen: ”Zijn fijne motoriek is nog niet goed, misschien kun je thuis even oefenen? Met prikken bijvoorbeeld?” Ik dacht dat ik acuut Gilles de la Tourette kreeg, maar ik hield me nog net in. Laten we iets gaan trainen waar hij moeite mee heeft, ja dat is lekker kindvriendelijk. Niks mis met stimuleren, maar dat is iets anders dan intrainen. “We doen veel met Lego en K’nex”, zei ik terwijl ik een braakbal weg slikte, “en dat stimuleert de fijne motoriek ook.” Ik zag haar denken: ’Dat zijn de ergste, moeders die ook juf zijn… denken dat ze het beter weten.’

De kleuterleerkrachten houden mappen vol lijsten bij van wat een kind kan, waar het ‘aan moet werken’ en dat noemen we een leerlingvolgsysteem. Het leerlingvolgsysteem… als je het woord analyseert betekent dat toch de leerling vólgen? Geen leerlingpushsysteem?          

Het is niet zo vreemd als het kind aan het begin van groep 3 het even niet meer weet. De klas ziet er sowieso anders uit. Als die tafels en stoelen staan zo raar. En waar is de blokkenhoek gebleven?
Voor kinderen die een normale ontwikkeling doormaken kan de overgang al best pittig zijn, maar voor de kinderen die ‘net aan’ over zijn gegaan kan de overgang een ware shock zijn!
Trainen voor groep 3 heeft geen zin.
Want nu komen de leerkrachten van groep 3 achter de hiaten.
“Huh?”, zegt de kleuterjuf, “Aan het eind van groep 2 wist hij alles hoor!
Analyse, synthese, rijmen. Ik had niet eens een twijfel over de overgang. Echt waar.”
“Nou, zegt de leerkracht van groep 3,”Hij zit in groep 3 alsof hij water ziet branden. Hij kan niet stilzitten en weet de eerste letter van zijn naam nog niet eens.”

Is het misschien een beetje als met je eindexamen geschiedenis?
Je hebt er alles ingestampt voor je examen, tijdens het examen heb je geknald en slaak je een zucht van ‘poe dat heb ik gehad’. Examen gehaald, een flinke vakantie gevierd en hup naar je nieuwe opleiding.
Als je nu dat examen weer voor je neus krijgt, breekt het zweet je uit. ‘Wat? Ik zie dit voor het eerst hoor. Serieus? Heb ik daar een zeven voor gehaald. Nou, ik weet niet hoe ik het gehaald heb, maar goed, ik zit hier nu, dus het zal wel kloppen.’

Ik hou nog steeds vast aan de regel: ”bij twijfel niet doen!” Bij twijfel de kleuter niet naar groep 3 laten gaan. Lekker laten kleuteren en sterker naar groep 3 laten gaan. Spelen is namelijk ook leren!

zaterdag 6 april 2013

Nijntje zoekt de zon







 
Nijntje zoekt de zon


Nijntje wil naar buiten toe

Ze heeft haar jasje aan

Een sjaal en haar nieuwe Uggs

Hier zie je Nijntje staan

 

Nijntje kijkt naar boven

Daar boven in de lucht

Daar zijn heel veel grijze wolken

Nijntje slaakt een zucht

 

Het wordt toch lente, gauw?

Dat zag ze op tv

Ik wil geen wolken, sneeuw of kou

Nee, nee, nee!

 

Maar de zon, die ziet ze niet

De zon, die is verstopt

Achter de grote grijze wolken

“Volgens mij word ik gefopt!”

 

Nijntje neemt een besluit:

En gaat op zoek, ja fijn!

Op zoek naar de grote gele bol

“Die moet toch ergéns zijn?!”


“Zeg maan, heb jij soms de zon gezien?”

Maar de maan, die slaapt nog net

(geeuw) “Nee, tijdje niet gezien

Ik ga snel terug naar bed”
 



“Zeg ster, heb jij soms de zon gezien?”

Maar de ster, die straalt voor twee

“Nee, tijdje niet gezien

Vraag het eens aan de zee”
 

“Zeg zee, heb jij soms de zon gezien?”

Maar de zee zegt heel verrast:

“Hmmm… nu je het zegt mis ik hem ook

Ik vind het niet gepast”

 

Nijntje zoekt en Nijntje zoekt

Ze zoekt een hele tijd

Tot ze bij de evenaar is

Het lijkt wel een eeuwigheid

 

“Hé zon! Ben je hier? We missen je in Nederland

Ga je met me mee?”

“Ik was de weg een beetje kwijt,

Ja, ik ga met je mee!”

"Kom zon, stap maar in mijn autootje

Ik wijs je de weg

Niet meer verdwalen, hoor

Anders hebben we weer pech”

 

“Ok!”, zei de zon,”Ik zal blijven stralen

Stralen boven het Polderland

Niet meer verdwalen of verdwijnen

Ik straal warmte boven Nederland”

 

“Hoera”, zei Nijn, “Hoera!’

“Hoera, wat ben ik blij!”

Alles komt goed

En rent lachend naar de wei

 

De zon die neemt een plekje in

Een plekje in de lucht

De zon die straalt en straalt

De zee die slaakt een zucht

 

Op haar rug ligt Nijntje nu

Op haar rug in de wei

En kijkt naar haar gele vriend

En iedereen is blij!

24uurs oppascentrale Omi en Opi van Vliet,waarmee kan ik u van dienst zijn?


24uurs oppascentrale Omi en Opi van Vliet,waarmee kan ik u van dienst zijn?
De crèches zitten in zwaar weer! De regering heeft zulke drastische maatregelen genomen, dat werkende en/of studerende ouders genoodzaakt zijn om kun kroost bij opa en oma te gaan brengen. Opa’s en oma’s vragen immers geen uurprijs.

De crèche was altijd zo’n vertrouwde en verantwoorde instelling waar je kindje met een gerust hart kon brengen. Nee, ik bedoel niet “afleveren” of ”dumpen”. Onze kinderen hebben er een hele fijne tijd gehad, zodat papa en mama naar hun werk konden. Niks mis met de crèche, niks zieligs aan en onze kinderen hebben er ook niks van ‘gekregen’.  Nou, wat ze gekregen hebben was een fijne tijd, met vriendjes, vriendinnetje en lieve zorgzame leidsters. Die lieve zorgzame leidsters raken misschien wel binnenkort hun baan kwijt, als het zo doorgaat.

Als je een jonge opa of oma bent, is de kans groot dat je nog een baan hebt en je op je werkdagen niet op je kleinkind kan passen. Als je al wat ouder bent, kan je dat wel. Maar wat als je ziek bent? Waar gaat je oogappeltje dan naar toe? Lukt het voor mama of papa om een snipperdagje te nemen of zo iets als zorgverlof? En als dat niet lukt, is er dan een vangnet voor het kleine prinsje of prinsesje?

Ik zie een gat in de markt voor alle oma’s en opa’s die een dagje over hebben! Word  invaloma of invalopa! Je hebt dat autostoeltje toch? Die eetstoel staat ingeklapt in de hoek en dat plastic speelgoed geef je een extra sopje. Als je buurvrouw  ziek is, zorg jij die oppasdag toch voor haar kleinkind en de volgende keer andersom! Opa’s en oma’s in Nederland, verenigt u!

“24uurs oppascentrale Omi en Opi van Vliet,waarmee kan ik u van dienst zijn?
Is oma Beppie er niet? Is ze ziek? O, dan kunt u oma Koosje bellen, die heeft vandaag wel een gaatje tussen 13.00 en 18.00. Inclusief eten? Ja, hoor, geen probleem! Koemelkallergie, zegt u? Hmmm… nou, dan kunt u beter vandaag naar opi Bernard gaan, want hij heeft op dinsdag drie kleinkinderen met zo’n allergie. Maar hij woont wel in Appelscha. Even omrijden…”

Je zal toch leidster geweest zijn op een crèche en bent je aan te omscholen. Breng je je kind bij een invaloma. Het moet toch niet veel gekker worden!