zaterdag 23 maart 2013

Heeft u ook kippenpootjes? Loopt moeilijk, hè?


Heeft u ook kippenpootjes?
Loopt moeilijk, hè?


We zijn er nog net op tijd bij, want hij is bijna los. De meest bakken zijn al leeg. Er liggen alleen nog wat kleine pootjes. Ik sluit achteraan in de rij aan.

“Pondje ?”, vraagt de kippenboer aan de vrouw die naast me staat. Blijkbaar koopt ze vaker “een pondje”. Ze knikt en vraagt: ”Vrouw er niet?”. Poelier gooit dampende nieuwe pootjes in een lege bak. Hij schept een pondje in een zak voor haar. Zijn reuzenhanden vallen me op, of zijn de pootjes zo klein deze keer?  Terwijl ik 0,685 op het display van de weegschaal zie staan, vertelt hij: “Teen gebroken!”
“Joh?”
Misschien hoef je bij vast klanten niet meer te vragen of het ietsje meer mag zijn.
“Ben je d’r op gaan staan?”, grapt ze.
Als zijn voeten ook reusachtig zijn, zou me dat niet verbazen. Ik schat dat er weinig ruimte is achter de toonbank.
“Nee”, zegt de poelier. “Boek op gekregen!”
“Joh?”
“Jaha, een boek van Rien Poortvliet…”

Ik moet oppassen dat ik niet ga glimlachen. Ik verwacht dat de poelier met zijn reuzenbenen zo over de toonbank kan stappen en dit kaboutervrouwtje kan pletten.
Een boek van Rien Poortvliet!, denk ik. Het boek der Kabouters? O, nee!

“Dat is een zwaar boek hoor!”, gaat hij verder. “Een páárdenboek! Zo op haar blote tenen!”
De vrouw kijkt geschokt en rekent af. Waarschijnlijk ziet zij net als ik een blauwe kloppende teen met aan de bovenkant nog een klein stukje van een glimmend rood gelakt teennageltje. Jak!

Dan zijn wij aan de beurt. Ik vraag wat milde en wat pittige pootjes.
Alle grappen die we de afgelopen weken hebben gemaakt over paardenvlees, zal ik maar niet maken.

Ik moet ineens denken aan Jessica Simpson, die bij het eten van kippenvleugeltjes aan haar toenmalige verloofde vroeg: “rare naam Buffalo Wings… Buffels hebben toch geen vleugels?”